Pleidooi voor sterke industrie

De Vlaams-Nederlandse top vindt op 1 april opnieuw plaats. De regeringen van Vlaanderen en Nederland komen samen om gemeenschappelijke ambities te bespreken en te vertalen naar concrete acties. De twee belangrijkste havens van deze Deltaregio én van Europa – Port of Antwerp-Bruges en Port of Rotterdam – bezorgden in januari alvast stof voor discussie. Tijdens hun gezamenlijk evenement, in aanwezigheid van verschillende Europese beleidsmakers, hielden de havens een pleidooi om de concurrentiekracht van onze industrie te ondersteunen. Deze boodschap zal ongetwijfeld aan bod komen op de bilaterale top.

Port of Antwerp-Bruges en Port of Rotterdam roepen de Europese Commissie op om stevig te investeren in het concurrentievermogen van de industrie in Europa. Zij doen dat in aanloop naar de publicatie van de Clean Industrial Deal. ‘De strategische autonomie, energietransitie en welvaart van Europa staat op het spel'.  

De twee grootste havens van Europa kunnen als energie-, logistieke en industriële clusters een belangrijke rol spelen in de uitvoering van de EU Clean Industrial Deal. Die is gericht op het versterken van het investeringsklimaat in Europa. Zij willen daarom dat de Europese Commissie kiest voor een benadering waarin het versterken van internationale ketens en industriële clusters centraal staat, in plaats van in te zetten op regio’s of sectoren. De havens willen het voortouw nemen in deze grensoverschrijdende aanpak door zelf intensiever samen te werken. 
 

Voor Port of Antwerp-Bruges is het belangrijk dat ook de Vlaams-Nederlandse top verder bouwt aan een positief Vlaams-Nederlands samenwerkingsverhaal rond het kostbare industriële weefsel dat we in onze Deltaregio hebben. In deze uitdagende tijden, met geopolitieke spanningen en economische onzekerheden, zullen we alles op alles moeten zetten om deze welvaartscreatie te behouden en zo mogelijk te versterken. De regio’s zullen elkaar moeten helpen, een duidelijk  investeringsklimaat creëren om het clustereffect benadrukken.  

Beide havenplatformen moeten gezien worden als een geïntegreerd logistiek en industrieel complex. Dat komt tot uiting in onderzoek dat de Vrije Universiteit Brussel en de Erasmus Universiteit Rotterdam (Centre for Urban, Port and Transport Economics) hebben gedaan naar de positie en waarde van de gezamenlijke havencomplexen. De studie gebeurde in opdracht van beide havens. 

Het cluster dat beide havens vormen is verbonden aan het bredere industriële geheel dat zich uitstrekt tot het Ruhrgebied: het ARRRA-cluster. De havens koppelen goederen- en energiestromen aan bedrijven en consumenten tot ver in het achterland. Door de gecombineerde schaal, de overlappende netwerken, onderlinge verbindingen en aanvullende sectoren en activiteiten ontstaat synergie waardoor het industrieel cluster een grote rol heeft in de industrie in Europa. Zo is het ARRRA-cluster goed voor 40% van de Europese petrochemische productie. ​ 

Het versterken van de samenwerking tussen Port of Antwerp-Bruges en Port of Rotterdam zou de voordelen van het gezamenlijk cluster verder kunnen vergroten, ook voor Europa. Dit op voorwaarde dat hiervoor het juiste kader wordt gecreëerd en dat Europa investeert in connectiviteit, regeldruk aanpakt en verduurzamingsinvesteringen sterker ondersteunt. Deze boodschap werd tijdens het gezamenlijk event overgebracht aan de Europese Commissaris voor Klimaat, Net Zero en Schone Groei, Wopke Hoekstra.